Tijdens mijn groene banaan van 2025 was ik weer in mijn meta-reflectiemodus. Ik was me er zelfs tijdens de race telkens bewust van dat ik mezelf met mijn halve mantra’s voor de gek hield. Twee kanten op: dat ik me zelf fop als ik ‘mag plassen’ bij het volgende bosje (ik moet eigenlijk helemaal niet); dat versnellen de pijn gaat verzachten (dat andere ritme leidt immers maar even af van de pijn).
Misschien heeft het te maken met het soort doel dat deze Gelreman voor mij was: een reden om te blijven trainen zonder dat mijn hele voorjaar en zomer in het teken daarvan moesten staan. Dat was voor het eerst in de laatste zeven jaar.
Misschien is je elders op deze site al opgevallen dat ik een gecompliceerde relatie onderhoud met doelen. Zo heb ik het liever over ‘objecten’ waaraan je werkt, dan naar doelen toe werken (https://www.bananenwinkel.nl/hoe-je-doelen-stelt-of-beter-objecten-kiest/). Op dezelfde manier denk ik dat je beter succes kunt definiëren dan een doel https://www.bananenwinkel.nl/train-niet-voor-een-doel-maar-voor-succes/.
Het lijkt op het cliché ‘de reis is het doel, niet de bestemming’, of dat je meer invloed hebt op het proces dan op de uitkomst. Na de Gelreman is mijn kijk erop weer wat genuanceerder. Er gebeurt namelijk wat met je in een race als het proces er naar toe minder dominant is.
Even een kort raceverslag
Na een nachtje in het super gastvrije Wapen van Elst, was ik al op tijd op het evenemententerrein. Na wat rondkijken kon ik voor de officiële registratietijd al mijn nummer ophalen. Heel fijn.
Het zwemen was in heerlijk water en mocht met wetsuit. Ik startte op de eerste rij (van 300) en kam als nr. 24 uit het water, zoals mijn inschatting vooraf ook was.
Humango zei me op 175W te gaan fietsen, Dat heb ik bijna gedaan (195W). Of dat slim was, is achteraf te betwijfelen. Elke ronde reed ik steeds langzamer, ook door de wind. Vervolgens waren de loopbenen best lekker, tot het eerste bosje waar ik kon plassen. Op 3/4 van het eerste rondje begon het lastiger te worden om op gang te blijven. Of dat echt fysiek was, of mentaal, of allebei weet ik niet. Wat ik wel weet is dat ik heel de tijd juist dacht waarom ik dacht dat ik vond dat ik mocht wandelen. Meta-gedachten in een halve marathon. Dat heb ik dus als ik eigenlijk geen doel in de race heb, dan finishen én weet dat dat toch wel gaat lukken, eventueel wandelend. In zekere zin de ultieme test van mentale weerbaarheid: kun je jezelf foppen of toch weer oppeppen om iets te doen dat niet nodig is (harder gaan)?

De diepe beweegredenen
Nu heb ik er altijd wel een handje van om wat ver door te reflecteren, maar deze keer was het heerlijk relaxt en bewust. Ik wist ook vooraf al dat het zeer waarschijnlijk ging gebeuren. Dat heeft ermee te maken dat deze race de eerste was na ruim zeven jaar trainen met moeilijkere/grotere/zwaardere doelen. Een eerste halve of hele is moeilijk, omdat je niet weet of je het kan. Voor een volgende groter of zwaarder doel werkt dat bijna weer zo. En een prestatiedoel als hoog willen eindigen leidt in de race vooral tot de vraag:”kan het nog?”
Mijn doel dit jaar was dus deelnemen om deel te nemen en daarvoor te trainen. Bewegen om te bewegen. De pure beweegreden dus. Dat is wel gek, want tijdens de race is dat een cirkelredenering. Als pijn en vermoeidheid ervaart denk je toch:”waarom?” Het antwoord is:”daarom!”
Ik heb genoten van weten dat je het kunt, je afvragen of het sneller kan (op de fiets) of toch niet (tijdens een dipje, ook op de fiets) en dan zin in lopen te krijgen, best lekker gaan, maar toch willen wandelen. Bewegen om bewegen, afzien om het afzien en dat inzien. Dat is een soort zachte kracht die mij op gang kan houden.
Laat ik even door filosoferen. Zo’n staat waarin je het fysieke afzien mentaal probeert op te lossen – door bijvoorbeeld mantra’s en het geheel in stukjes te hakken, of jezelf te foppen door (proberen) te denken dat je geen pijn hebt – kan denk ik alleen maar voorkomen bij inspanningen die langer duren. Bij mij gebeurt dat nauwelijks bij een halve marathon of een kwart triathlon. Ik schat dus dat je daar zo’n drie uur voor nodig hebt. Misschien dat dan de endorfinen pas echt aan het werk zijn en de fysiek duur lichaam en geest samen brengen. Of zo. Ik zou daar eens voor in de literatuur duiken. Later.
Voor nu heb ik weer zin gekregen in nieuwe groene bananen. Op korte en lange termijn. Nog een halve marathon, een duathlon, een MTB-race? Of toch Norseman of Swissman eens proberen?